donderdag 14 mei 2015

Teach. Inspire. Motivate.

Click here for the English version.

Deze week schrijf ik over lesgeven! Ik ben twee weken geleden bij de open dag/reunie van mijn oude middelbare school geweest. Ik heb met een aantal docenten gesproken over hun carriere en ervaringen. Ik heb ook gesproken met een Educatie Master student die biologiedocent wil worden en ik heb een dag meegelopen op een middelbare school.


Wat is er zo leuk aan lesgeven? Elke keer dat ik dit vroeg kreeg ik dezelfde soort antwoorden. Het overdragen van kennis. Ervoor zorgen dat de leerlingen geïnteresseerd raken en blijven, en het uiteindelijk begrijpen. Een impact maken op iemands leven. Het contact hebben met jongeren.


Toen ik mijn middelbare schooldocenten voor biologie en voor scheikunde vroeg naar waarom ze besloten om docent te worden vertelde ze me allebei dat het iets was wat ze altijd al wilden. Mijn biologieleraar, Roeland Enzlin, werd docent meteen nadat hij afstudeerde; mijn scheikundeleraar, Eric-Jan Zwiers, werkte eerst voor een paar jaar in de commerciële sector en werd daarna docent. Beide gaven aan dat ze erg veel plezier hebben in hun werk, maar ze waarschuwen me ook voor de hoge werkdruk. Iets dat snel over het hoofd gezien wordt. Aan het begin van je onderwijs carrière is de werkdruk nog niet zo hoog, maar hoe verder je groeit in je functie, hoe hoger de druk wordt. En met werkdruk bedoelen ze de verplichtingen naast het lesgeven: vergaderingen, toetsen maken en nakijken, lessen voorbereiden, taken als mentor, taken als vakgroepvoorzitter, etc. Eric-Jan vertelde dat er geen avond in de week is dat hij niet bezig is voor school. Hij werkt ook vaak aan een aantal dingen tijdens de weekenden. Saskia Kersemakers maakte vorig jaar haar lerarenopleiding af en is nu eerstegraads biologiedocente op een middelbare school. Ze heeft 6 klassen onder haar hoede, maar volgend jaar zullen dat er waarschijnlijk al meer zijn. Omdat dit haar eerste jaar is besteedt ze vrij veel tijd aan het voorbereiden van de lessen. Ze verwacht dat dat volgende jaren minder zal zijn, omdat ze alle lessen dan al klaar heeft liggen. Ze werkt af en toe ’s avonds en ze is normaal gesproken vrij tijdens de weekenden.

Saskia heeft haar lerarenopleiding in Nijmegen gedaan, maar ze regelde zelf haar stageplek dichtbij huis. Hier is een lijst met Nederlandse universiteiten waar je een post-master degree kunt halen in onderwijs. De meeste deadlines voor de universiteiten zijn in april of mei, en niet alle lerarenopleidingen zijn geschikt voor biologie. Bij sommige universiteiten is het mogelijk om in februari te beginnen. De master duurt één jaar, maar kan ook in deeltijd gevolgd worden gedurende twee jaar waarbij je naast je studie bijvoorbeeld kunt werken. Je zult vakken volgens over hoe je jezelf kunt presenteren, op welke verschillende manieren je kunt lesgeven, hoe je moet omgaan met leerlingen en een klas, etc, maar het grootste deel van de opleiding zal ingevuld worden met stages op middelbare scholen, evaluaties en reflecties. Als je de lerarenopleiding afrond ben je eerstegraads docent en mag je lesgeven in de bovenbouw.

Lisanne van Muiden is nu bezig met de tweede helft van de lerarenopleiding in Leiden en ze geeft les aan de Hogeschool van Rotterdam (gelukkig mag ze die uren als stageuren meerekenen). Ze heeft veel plezier in beide; de jonge leerlingen op de middelbare school beginnen net te leren over biologie en in Rotterdam kan ze veel meer ingaan op de details. Ze vind het erg belangrijk om enthousiast en creatief te zijn als docent. Lisanne en Saskia geven beide aan dat het erg belangrijk is om consequent te zijn in de manier waarop je lesgeeft. Leerlingen zullen je sowieso uittesten, dus je moet goed weten wat je grenzen zijn en hoe je daarmee om moet gaan. Roeland vertelde me dat lesgeven één groot toneelstuk is. Je lichaamstaal en de manier van stemgebruik hebben een grotere impact dan de dingen die je zegt. En dat is niet altijd makkelijk als je werkt met eigenwijze tieners. Dat kan een van de redenen zijn om niet door te gaan met de lerarenopleiding, vertelde Lenie Berendts. Zij begon met de lerarenopleiding, maar besloot om deze niet af te maken en is nu op zoek naar andere manieren waarop ze zich kan inzetten voor het onderwijs.

Is het makkelijk om een baan te krijgen als docent? Dat hangt helemaal af van het vak waarin je lesgeeft. Ik zal eerlijk zijn, het is makkelijker om aan de slag te gaan als docent wiskunde, natuurkunde of scheikunde dan biologie. Er zijn best veel biologen en nu er steeds minder geld is voor onderzoek zullen steeds meer biologen een baan zoeken in het onderwijs. Dit is al een tijdje aan de gang voor ecologen, maar er zijn nog steeds banen voor biologiedocenten. Als je wil weten hoeveel, probeer eens te zoeken naar vacatures. Gepensioneerde biologiedocenten zullen vervangen worden voor nieuwe docenten. Hoeveel verdien je als docent? Een beginnend docent zal ongeveer €2500 (bruto) per maand verdienen en bij een volledige baan als docent kan dat oplopen naar de €5000 (bruto). Vergis je niet in de belasting die nog afgetrokken moet worden.

Mijn middelbare schooltijd lijkt een eeuwigheid geleden. Ik kan mijn favoriete docenten goed herinneren, maar wat maakt ze zo geweldig? De vakken, ja, maar ik merkte dat de meeste leerlingen dezelfde favoriete docenten hadden. Ik denk dat het kwam doordat ze ons inspireerden. Ze waren enthousiast en grappig, maar hadden ook duidelijke regels. We hadden  respect voor ze en wij wisten precies wat we van hen konden verwachten. Ze zijn goede rolmodellen, maar dat betekent niet dat ik weet hoe ik een goede docent kan worden. Natuurlijk is alles wat ik me kan herinneren vanuit leerling perspectief. Daarom ben ik erg blij dat ik een dat heb kunnen meelopen met Saskia, en heb kunnen zien hoe het is om docent te zijn.


Een van de dingen die me meteen opviel was dat ze geen harde stem heeft en ook niet erg groot is, maar toch hebben de leerlingen aandacht voor haar wanneer ze praat. Ze zei, de truc is om consequent te zijn vanaf het begin. Ze prikken zo door je heen zodra je laat zien dat je aan jezelf twijfelt. Ze zullen je tijdens de eerste 2-3 weken uit proberen te testen, maar daarna weten ze wat ze kunnen verwachten. Ze kiest bewust een plek in het lokaal waar ze iedereens aandacht krijgt; ik heb haar die dag zelden voor de klas achter het bureau zien staan. Ze besteed weinig tijd aan het opschrijven van dingen, want ze heeft alles voorbereid in Prezi presentaties. Naast het geven van uitleg betrekt ze de leerlingen erbij door ze constant vragen te stellen, zodat ze zelf over de stof moeten nadenken. Nog iets anders dat erg opviel was het grote verschil tussen de klassen. De Havo 4 klas was erg rustig, zelfs wanneer ze 5 minuten iets voor zichzelf mochten doen. De VWO 5 klas daarentegen was veel drukker vanaf het begin en ze moest ze verschillende keren herinneren aan hun opdracht. Er was ook een brugklas die in groepjes aan een project moesten werken. Hier zag ik erg veel verschillen tussen de leerlingen. Sommige waren erg dominant, anderen juist erg stil, sommigen wilden alles doen behalve aan hun project werken, anderen hadden extra hulp nodig om te beginnen, sommigen werkten goed in groepjes, anderen werkten liever alleen. Ik voelde me opeens erg oud toen Saskia me aan de leerlingen voorstelde als ‘mevrouw Bakker’. Oh ja, dat hoort er ook bij als je docent bent/wordt. Wat ik me na deze dag ook realiseerde is dat je niet in detail kunt gaan tijdens je favoriete onderwerpen. Daarnaast komen ook je minst favoriete onderwerpen weer terug. Saskia vertelde dat ze tijdens haar favoriete onderwerpen vooral veel voorbeelden noemt, maar niet in detail gaat tijdens de uitleg. Als je dat wel doet verliezen de leerlingen snel hun aandacht. Er zullen altijd wel leerlingen zijn die wel meer willen weten, en zij zullen er persoonlijk naar vragen.

Ik denk dat docenten door veel mensen niet genoeg worden gewaardeerd, door zowel leerlingen als hun ouders. Iedereen zou moeten nadenken over hoe docenten invloed hebben gehad op hun leven. Als ik over mijn middelbare schooltijd nadenk zijn er zeker een aantal docenten die een enorme impact hebben gehad op mijn keuzes en mijn leven, maar dat besefte ik nooit toen ik nog op school zat.




Ik wil bij deze Roeland Enzlin, Eric-Jan Zwiers, Saskia kersemakers, Lisanne van Muiden, Lenie Berendts en alle andere docenten/(ex)studenten die ik gesproken heb bedanken voor hun input.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten